Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen kwam Achab in zijn huis, [5]gemelijk en toornig over het woord, dat Naboth, de Jizreeliet, tot hem gesproken had, en gezegd: Ik zal de erve mijner vaderen niet geven. En hij legde zich neder op zijn bed, en [6]keerde zijn aangezicht om, en at geen [7]brood. 5. Alzo onder, vs.5. Zie boven, hfdst.20 vs.43. 6. Te weten, naar den wand, van de mensen af, niet willende iemand spraak leveren, of met iemand te doen hebben. 7. Dat is, geen spijs. Zie Gen.3:19; alzo in het volgende.